Home
Explore
Exams
Search for anything
Login
Get started
Home
Language
English
Vocabulary
collocaties
0.0
(0)
Rate it
Studied by 0 people
Learn
Practice Test
Spaced Repetition
Match
Flashcards
Card Sorting
1/353
Earn XP
Description and Tags
English
Vocabulary
University/Undergrad
Add tags
Study Analytics
All
Learn
Practice Test
Matching
Spaced Repetition
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced
No study sessions yet.
354 Terms
View all (354)
Star these 354
1
New cards
aanvangen
feest, reis
2
New cards
openen
een winkel, tentoonstelling, vergadering
3
New cards
starten
motor, wedstrijd, project
4
New cards
van start gaan
proces
5
New cards
aanbreken
van een periode, tijdstip
6
New cards
aangaan
uitdaging, concurrentie, debat, discussie, avontuur, strijd (ook: strijd aanbinden)
7
New cards
aankaarten, aansnijden, een balletje opgooien over iets, iets aan de orde stellen, iets ter sprake brengen
beginnen te bespreken: een onderwerp, thema, probleem, agendapunt
8
New cards
aanknopen
een gesprek, onderhandelingen, vriendschap
9
New cards
aanpakken, aan boord leggen
een klus, probleem
10
New cards
aanspannen
een rechtszaak, proces
11
New cards
aantreden
beginnen te functioneren: het kabinet, de minister
12
New cards
aanvatten
een werk, een bezigheid
13
New cards
aanzwengelen (= op gang brengen), BE de wagen aan het rollen brengen
een gevoelig onderwerp, debat, discussie
14
New cards
hervatten, BE hernemen
opnieuw beginnen, hervat worden
15
New cards
het woord nemen
beginnen te spreken
16
New cards
ingaan
van een voorschrift, regeling
17
New cards
in gang zetten, opstarten, ook: iets op gang brengen (= organiseren, beginnen zodat het zeker plaats zal vinden)
een project
18
New cards
instellen
een onderzoek, een actie, een strafvervolging, een eis
19
New cards
inzetten
de aanval, de winter, een muziekstuk
20
New cards
lanceren
een campagne
21
New cards
ondernemen
een werk, activiteit
22
New cards
ontstaan, gestalte krijgen, het licht zien, opkomen, tot stand komen
beginnen te bestaan
23
New cards
oprichten, in het leven roepen
een onderneming, instelling, zaak, organisatie
24
New cards
overgaan op, introduceren, overschakelen op
iets anders beginnen
25
New cards
overgaan tot, overstappen op/naar
na iets anders beginnen met
26
New cards
de kop afbijten, de/het spits afbijten
iets als eerste doen
27
New cards
de eerste hand leggen aan
een lijst, nieuwe lokalen
28
New cards
de eerste stap zetten
iets als eerste doen
29
New cards
een aanvang maken met iets
beginnen te doen
30
New cards
een aanvang nemen
beginnen
31
New cards
een balletje opgooien over iets
beginnen te bespreken: een onderwerp, thema, probleem, agendapunt
32
New cards
het startsein/startschot geven voor
(startsein) voor de ontwikkeling van een nieuwbeleid, de nieuwbouw, (het startschot) voor een promotiecampagne
33
New cards
iets bij de kop vatten/pakken
aanvatten
34
New cards
Iets op (het) touw zetten, op het getouw zetten
het gaan ondernemen, eraan beginnen, het organiseren: zie ook maken
35
New cards
naar de wapens grijpen, ook: de handschoen opnemen (= de strijd aannemen)
een strijd, gevecht
36
New cards
van wal steken
met een rede, een speech beginnen
37
New cards
zijn intrede doen
zich voor het eerst vertonen, optreden
38
New cards
zijn oorsprong vinden in
ontstaan
39
New cards
aflopen
een contract, een seizoen, een voorstelling
40
New cards
afsluiten
een tijdperk
41
New cards
besluiten
een uitzending
42
New cards
een einde nemen
een opdracht
43
New cards
stoppen
het openbaar vervoer
44
New cards
ten einde lopen
een contract
45
New cards
uitmaken
een relatie
46
New cards
vergaan
de tijd
47
New cards
afbouwen
geleidelijk beëindigen
48
New cards
afbreken
plotseling beëindigen: een gesprek, onderhandelingen
49
New cards
afhandelen
een zaak, kwestie, onderwerp
50
New cards
afkicken
druggebruik
51
New cards
afkondigen
bekendmaken dat een radio- of tv-programma afgelopen is
52
New cards
afmaken, afkrijgen
een taak, werk
53
New cards
afronden
een gesprek
54
New cards
afsluiten
een tijdperk, periode
55
New cards
aftreden, terugtreden
een functie (negatief)
56
New cards
afvlaggen
een wedstrijd, met een vlag
57
New cards
afwerken
een tekst
58
New cards
bekronen
op geslaagde wijze afronden
59
New cards
deblokkeren, vrijgeven
de blokkade opheffen van iets
60
New cards
intrekken
een verbod, rijbewijs, vergunning
61
New cards
lamleggen
het verkeer
62
New cards
neerleggen
afstand doen van: een functie
63
New cards
onderbreken
tijdelijk beëindigen
64
New cards
(informeel) opdoeken
een instelling, zaak
65
New cards
ophangen
een telefoongesprek
66
New cards
opheffen
een instelling, zaak, maatregel
67
New cards
opzeggen, bedanken
een verbintenis
68
New cards
sluiten
een vergadering
69
New cards
staken
een bezigheid
70
New cards
stoppen, ophouden, opstoppen, tegenhouden
de voortgang
71
New cards
ten einde brengen
een gesprek, onderhandelingen
72
New cards
uitroeien
een ziekte
73
New cards
van tafel gaan
het eten beëindigen
74
New cards
(ver)breken
voortijdig beëindigen: een contact
75
New cards
verstrijken
een termijn
76
New cards
volbrengen
een missie, taak
77
New cards
voltooien
werk
78
New cards
een einde maken aan
iets beëindigen
79
New cards
een halt toeroepen
Iemand of iets een halt toeroepen = stoppen
80
New cards
BE een streep onder iets trekken/zetten
iets beëindigen, als afgedaan beschouwen: een (sportief) seizoen
81
New cards
er een punt achter zetten
er een einde aan maken: een carrière
82
New cards
de kop indrukken
praatjes, geruchten, kritische geluiden, verzet
83
New cards
de laatste hand leggen aan iets
voltooien: een manuscript
84
New cards
in de kiem smoren
nog voor iets echt tot ontwikkeling is kunnen komen:
85
New cards
een opstand
86
New cards
BE komaf maken met
het eens en voor altijd oplossen
87
New cards
uit de weg ruimen
moeilijkheden: verwijderen, ze doen vervallen
88
New cards
iemand: hem doden
89
New cards
van de baan helpen
ongemakken, wrevel, een crisis
90
New cards
van de baan zijn: dat probleem is van de baan
91
New cards
herstellen
evenwicht, gezag, schade (ook: schade repareren)
92
New cards
vervaardigen
meubilair, instrumenten
93
New cards
verwezenlijken
tot werkelijkheid brengen: plannen, voornemens, idealen
94
New cards
oprichten
gebouw, standbeeld, genootschap, vereniging, zaak
95
New cards
ontwerpen
gebouw, mode
96
New cards
aanleggen
weg, tuin, dossier, verzameling
97
New cards
aanmaken
document, bestand
98
New cards
bepalen, uitstippelen
een beleid, strategie, methode
99
New cards
binden
door vastknopen doen ontstaan
100
New cards
fabriceren
door middel van werktuigen bewerken, vervaardigen op grote schaal: producten
Load more
Explore top notes
Digestive System
Updated 791d ago
Note
Preview
Early Humans
Updated 1007d ago
Note
Preview
Chapter 10: Waves
Updated 721d ago
Note
Preview
Plant Kingdom
Updated 581d ago
Note
Preview
Chapter 5: Writing the Argumentative Essay
Updated 767d ago
Note
Preview
Chapter 1 - Madinah Arabic book 2
Updated 824d ago
Note
Preview
World History- Ancient Greece
Updated 574d ago
Note
Preview
14.7 Intro to Statistical Thinking
Updated 959d ago
Note
Preview
Explore top flashcards
APHG REVIEW Fall Final 2024
Updated 147d ago
Flashcards (53)
Preview
Duits: Modul 1 Vokabeln zeite 3,4,5
Updated 534d ago
Flashcards (64)
Preview
(Draft) CHAPITRE 1, 2, 3
Updated 860d ago
Flashcards (54)
Preview
poem terms
Updated 93d ago
Flashcards (52)
Preview
La membrane cellulaire
Updated 859d ago
Flashcards (21)
Preview
TFN: U1 History of Nursing
Updated 137d ago
Flashcards (60)
Preview
UTS MIDTERMS
Updated 537d ago
Flashcards (100)
Preview
ALL OF IT
Updated 32m ago
Flashcards (666)
Preview