frans unité 2

violent

geweldadig

avoir le droit de

het recht hebben om

commettre un crime

een misdaad begaan

l’opposition

de tegenstand

l’oppresion

de onderdrukking

la paix

de vrede

la réconciliation

de verzoening

la torture

de foltering

la victime

het slachtoffer

la violation

de schending

la violence

het geweld

abolir

afschaffen

accuser de

beschuldigen van

avouer

bekennen

bafouer

schenden

les conditions de vie

de leefomstandigheden

le bénévole

de vrijwilliger

le don

de gift

l’enjeu

de inzet

les moyens

de middelen

l’orphelinat

het weeshuis

l’objectif

het doel

le pays en voie de développement

het ontwikkelingsland

le sans-abri

de dakloze

le S.D.F. (sans domicile fixe)

de dakloze

le volontaire

de vrijwilliger

l’association

de vereniging

la bonne cause

het goede doel

la dignité

de waardigheid

la générosité

de vrijgevigheid

la lutte

de strijd

la subvention

de subsidie

la valeur

de waarde

agir

handelen

collecter

inzamelen

combattre

bestrijden

contribuer à

bijdragen tot

s’engager

zich inzetten

exclure

uitsluiten

mener à

leiden tot

se mobiliser

zich mobiliseren

se nourrir

zich voeden

récolter

inzamelen

soutenir

steunen

accesible

toegankelijk

défavorisé

kansarm

démuni

minder begoed

humanitaire

menslievend

précarisé

arm, kwetsbaar

vulnérable

kwetsbaar

venir en aide

ter hulp komen

mener un combat

een strijd voeren

laisser de côté

links laten liggen

en détresse

in nood

en faveur de

ten voordelen van

de première nécessité

levensnoodzakelijk

mettre sur pied

op touw zetten

au profit de

te voordele van

pour (+substantief pronom tonique)

voor

pour/ afin de (+infinitif)

om te

dans le but de (+infinitif)

met het doel te

pour que/ afin que (+ subjonctif)

opdat

de peur que (+subjonctif)

uit vrees dat

donc (+ind)

dus

alors(+ind)

bijgevolg/dus

ainsi(+ind)

op die manier/ zo

par conséquent(+ind)

bij gevolg

c’est pourqoui(+ind)

daarom

si…que(+ind)

zo…dat

tellement…que (+ind)

zo ..dat

tant…que(+ind)

zoveel…dat

par (+substanief)

uit

en raison de (+substantief)

wegens

grâce à (+substanief/pronom tonique)

dankzij

à cause de (+substanief/pronom tonique)

vanwegen

parce que (+ind)

omdat

vu que (+ind)

aangezien

puisque (+ind)

vermits

car (+ind)

want

comme (+ind)

aangezien

l’avortement

de abortus

le citoyen

de burger

le devoir

de plicht

le droit

het recht

les droits de l’homme

de mensenrechten

l’esclavage

de slavernij

l’opposant

de tegenstander

le point de vue

het standpunt

le réfugié

de vluchteling

le tribunal

de rechtbank

l’abolition

de afschaffing

l’atteinte

de inbreuk

la conviction

de overtuiging

la culpabilité

de schuld

la discrimination

de discriminatie/de ongelijke behandeling

la grève de la faim

de hongerstaking

l’innocence

de onschuld

la liberté d’expressions

de vrijemeningsuiting

la manif

de betoging

démontrer

bewijzen