H1. 1.1/2 Schip, uitusting en veiligheid

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/50

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

51 Terms

1
New cards

Wanneer moet je je Klein Vaarbewijs halen?

  • snelle motorboten (sneller dan 20 km/u)  tot 15 meter lengte -hiertoe behoren ook waterscooters, jetski’s en rubberboten;

  • pleziervaartuigen met een lengte van 15 tot 25 meter;

  • sleep-, duw- of sleepduwboten met een lengte van 15 tot 25 meter, die worden gebruikt als pleziervaartuig, met formele verklaring; 

  • schepen met een lengte van 15 tot 20 meter, die gebruikt worden voor bedrijfsmatig vervoer;

  • een boot die je in het buitenland huurt.

2
New cards

Hoe groot is een groot schip?

Langer dan 20 meter

3
New cards

Hoe lang is een klein schip?

  • Een klein schip is een schip korter dan 20 meter. Deze worden ook wel boten of jachten genoemd.

4
New cards

Welke schepen <20 meter worden als groot schip gezien? 

Dit geldt voor: passagiersschepen die meer dan 12 passagiers mogen vervoeren, veerponten, schepen die een ander groot schip slepen, duwbakken en vissersschepen (zowel kleine als grote) die actief vissen. Deze schepen hebben de rechten van een groot schip, ook al zijn ze kleiner dan 20 mete

5
New cards

S-spant

6
New cards

Rondspant

Biedt veel stabiliteit voor het varen in golven

7
New cards

Multiknik spant

8
New cards

Wat is wettelijk verplicht qua uitristing bij kleine schepen?

Er is geen verplichte uitrustring. Wel voor onze eigen veiligheid en in verband met verzekeringsvoorwaarden stellen opleiders dat een boot toch aan een aantal minimum eisen moet voldoen qua uitrusting:

  • anker

  • zeereling minimiaal 60cm hoog

  • lenspomp

  • buitenboordafsluiters: De afsluiters zijn daarom vooral belangrijk bij kajuitboten. Doe de afsluiters dicht als je de boot verlaat. Open afsluiters zorgen voor een risico: als er een slang losschiet of kapot gaat, loopt de boot vol water en zinkt hij. 

  • Goede reddingsvesten & EHBO-kit;

  •  brandblusser;

  • de reglementen (Almanak deel 1).


9
New cards

Wat is verplicht qua uitrusting bij specifiek een snelle motorboot?

  • motoronderbrekingsknop of ‘dodemansknop’: als de bestuurder overboord slaat, slaat de motor meteen af. Dit voorkomt dat de boot in rondjes gaat varen en de overboord gevallene overvaren wordt (is niet vereist bij snelle motorboten met een gesloten binnenbesturing).

  • reddingsvesten: voor iedere opvarende één vest;

  • brandblusser.

10
New cards

Vanaf welke leeftijd mag je varen met een snelle motorboot?

18 jaar met vaarbewijs 

11
New cards

Wanneer moet je als bestuurder een zwemvest aan?

Als je moet staan tijdens het besturen

12
New cards

Waar moet je opletten als je wilt waterskieen?

  • als de motorboot waterskiër(s) trekt, moet de bestuurder worden bijgestaan door een tweede opvarende van minimaal 15 jaar oud, die dienst doet als uitkijk.

13
New cards

Welke elementen zijn nodig voor brand?

brandstof, zuurstof en een voldoende hoge ontbrandingstemperatuur. $

14
New cards

Brandklasse A: brand van vaste stof (hout, papier); (ezelsbrug: de A zit in vAst.) 

Blussen met water, poeder of schuim

15
New cards

Brandklasse B: vloeistofbranden ( benzine, olie); (ezelsbrug: de B van Benzine)

Blussen met poeder, koolzuur of schuim

Nooit met water ivm spreidingsgevaar

16
New cards

Brandklasse C: gasbranden (butaan, propaan); 

Blussen met poeder

17
New cards

Brandklasse D: metaalbrand (aluminium of magnesium);

staat nergens hoe te blussen 

18
New cards


Brandklasse E: elektriciteitsbranden (deze klasse wordt niet geëxamineerd);

staat nergens hoe te blussen 

19
New cards

Brandklasse F: vetbranden (vlam in de pan, brandend frituurvet);  (ezelsbrug: de F van Fat)

Blussen met blusdeken of metalen dienblad 

Nooit met water ivm gevaar op explosie en brandwonden 

20
New cards

Waarom veroorzaakt een benzinemotor explosiegevaar? 

Benzine verdampt heel snel. De benzinedamp kan in combinatie met de zuurstof uit de lucht een gevaarlijk mengsel vormen.

Daarom moet je altijd vóór het starten de motorruimte ventileren. Dit doe je met een vonkvrije elektrische ventilator.

Diesel is niet explosief 

21
New cards

Wat doe je eerst voordat je kan tanken?

Vóór het tanken dien je eerst te ontladen. Dat wil zeggen dat de eventuele statische lading tussen schip en benzineslang afgevoerd moet worden. Dit doe je door met het spuitpistool tegen de nog gesloten benzine-vuldop te tikken. Daarna kun je de dop veilig opendraaien

22
New cards

Welk soort gas kan je aan boord gebruiken?

Aan boord kunnen twee soorten gas gebruikt worden: propaan en butaan. Butaangas (beter bekend als het ‘campinggas’) kan alleen boven 5˚ C worden gebruikt en is daarom niet aan te raden in de winter of als je koude streken bezoekt. Propaangas heeft de voorkeur; de (grijze of groene) tanks zijn vaak ook groter. 
Let op beide hebben andere drukregelaar nodig: butaangas (30 Mbar) en propaangas (50 Mbar)

23
New cards

Waar hang je de gasdetector op? 

Gas is zwaarder dan lucht en verzamelt zich in het laagste gedeelte. Dit geldt ook voor benzinedampen. De kleinste lekkage kan daardoor leiden tot een groot explosiegevaar. De detector dient dan ook op het laagste punt geplaatst te worden.

24
New cards

Waar moet je op letten bij gasapparaten aan boord?

Gebruik aan boord alleen thermisch beveiligde gasapparaten, zoals een thermisch beveiligd (cardanisch opgehangen) kooktoestel. Daarbij wordt de gastoevoer afgesloten als de waakvlam uitwaait.

25
New cards

Waar is de meest ideale plek voor een gasfles?

Een gasfles kan het best worden geplaatst in een afzonderlijke ruimte: de gasbun. De gasbun heeft een afvoer naar buiten op het laagste punt en een mogelijkheid tot beluchting aan de bovenkant

26
New cards

Hoe lang kan een rubberen gasslang mee? 

3 jaar 

27
New cards

Hoe check je of je een gaslek hebt bij de gasleidingen?

Eventuele gaslekken kun je opsporen met zeepsop. Neem een kopje water, doe er afwasmiddel bij, roer en klop even, en je hebt schuim. Smeer het schuim met een kwastje op de koppelingen in de gasleiding. Het schuim ‘borrelt’ op de plek van het lek. Gebruik nooit een vlammetje om een lek op te sporen.

28
New cards

Wat zijn de eisen van een handblusser?

  • wordt elke 2 jaar gekeurd; 

  • draagt een rijkskeurmerk;

  • heeft een minimumcapaciteit van 2 kg.

29
New cards

Waar plaats je een brandblusser?

Plaats een brandblusser op een plek waar je van meerdere kanten bij kunt. Bijvoorbeeld bij de in- en uitgang van de kajuit. 

30
New cards

Wat is het nadeel aan een poederblusser? 

Het nadeel van een poederblusser is dat er schade ontstaat aan de elektrische apparatuur en metalen na het blussen.

31
New cards

Kan je een schuimblusser gebruiken in de winter?

Een schuimblusser bevat water en is, wegens kans op bevriezing, niet te gebruiken in de winter.

32
New cards

Wanneer gebruik je een zwemvest? 

Een zwemvest is alleen te gebruiken op beschut water waar snel hulp aanwezig is. Het geeft een extra drijfvermogen van 50 Newton (5 kg). Een zwemvest is niet veilig bij bewusteloosheid; dat is een groot verschil met een reddingsvest.

Een zwemvest gebruik je bijvoorbeeld bij: 

  • vissen aan de waterkant;

  • waterskiën;

  • kanoën;

  • surfen.

33
New cards

Wat is het drijfvermogen van een reddingsvest?

Een reddingsvest geeft een extra drijfvermogen, dat wordt uitgedrukt in Newton. Het drijfvermogen varieert van junior 100 Newton (10 kg) tot senior 275 Newton (27,5 kg). Met een reddingsvest blijft de drenkeling in bewusteloze toestand met het hoofd boven water. Het hoofd komt op een kraag te rusten. Dit is een wezenlijk verschil met een zwemvest.

34
New cards

Wat is het voordeel van een opblaasbaar vest ipv niet-opblaasbaar vest?

Een opblaasbaar vest dat goed wordt onderhouden, is net zo goed als een niet opblaasbaar vest. Een voordeel van een opblaasbaar vest is dat het makkelijker draagt en de bewegingsvrijheid groter is.

35
New cards

50 N (5 kg): Zwemvest

  • Alleen gebruiken op wateren waar snel hulp aanwezig is; 

  • niet geschikt bij bewusteloosheid.

36
New cards
term image

100 N (10 kg): Reddingsvest.

  • Geschikt voor volwassenen en voor kinderen (vanaf een paar maanden oud); 

  • geschikt voor op binnenwateren en beschut water; 

  • geschikt tijdens normale weersomstandigheden; 

  • geschikt bij het dragen van lichte kleding; 

  • draait een bewusteloos persoon op de rug.

37
New cards
term image

150 N (15 kg): Reddingsvest

  • Geschikt voor volwassenen en kinderen; 

  • geschikt op open water en kustwater; 

  • geschikt voor zware weersomstandigheden; 

  • geschikt bij het dragen van lichte regenkleding; 

  • draait een bewusteloos persoon op de rug.

38
New cards
term image

275 N (27,5 kg): Reddingsvest

  • Geschikt voor volwassenen en kinderen; 

  • geschikt voor op zee;

  • geschikt bij extreem zware weersomstandigheden; 

  • draait een bewusteloos persoon op de rug.

39
New cards

Wanneer zijn reddingsvesten verplicht?

Bij snelle motorboten verplicht om voor elke opvarende een reddingsvest aan boord te hebben, die zijn niet verplicht het te dragen. De bestuurder wel als die staand moet besturen.

En bij schepen die bedrijfsmatig varen geldt het bij:

  • het van of aan boord gaan (voor zover er gevaar voor in het water vallen bestaat),

  • bij het verblijven in de bijboot,

  • bij werkzaamheden buiten boord

  • of bij verblijf en werkzaamheden aan dek en in het gangboord (indien verschansingen van ten minste 90 cm hoogte niet aanwezig zijn of relingen niet doorlopend zijn geplaatst)

40
New cards

Welke twee soorten reddingsboeien heb je?

Ronde reddingsboeien worden veelal gebruikt in de beroepsvaart. Ze hebben een gewicht van 2 tot 3 kilo. Door dit gewicht zijn ze gemakkelijk in het water te werpen. 

Hoefijzervormige reddingsboeien zie je veel op jachten. Ze zijn flexibel, licht en gemakkelijk aan te trekken, omdat ze aan één kant open zijn. Meestal is deze boei voorzien van een drijflicht. Dit hangt ondersteboven aan een lijntje. Het lichtje gaat vanzelf branden als het rechtop in het water drijft.

41
New cards

Wat zijn de voor- en nadelen van een drijflijn?

Voordelen:

  • Bij het mislukken van het toewerpen kun je de reddingsboei binnenhalen en weer toewerpen;

  • je kunt de drenkeling gemakkelijk naar het schip halen.

Nadeel:

  • Een lijn aan een reddingsboei kan tijdens het werpen in de knoop raken.

42
New cards

Wat is een joon?

Een reddingsboei is overdag voorzien van een joon om de ligging van de drenkeling beter zichtbaar te maken (eventueel met knipperlicht). Het is een soort oranje dobber van 3 meter lang. Een joon is vooral belangrijk als iemand op stromend water in het donker overboord valt.

<p><span><span>Een reddingsboei is overdag voorzien van een joon om de ligging van de drenkeling beter zichtbaar te maken (eventueel met knipperlicht). Het is een soort oranje dobber van 3 meter lang. Een joon is vooral belangrijk als iemand op stromend water in het donker overboord valt.</span></span></p>
43
New cards

Wat is een parachutelicht?

Een parachutelicht is een soort vuurwerk. Het wordt gebruikt als noodsein.

44
New cards

Hoe gebruik je een radarreflector?

Een radarreflector vergroot de kans dat je schip wordt opgemerkt door op radar varende schepen. De reflector moet zo hoog mogelijk geplaatst worden, tenminste 4 meter boven water. Hij moet zo geplaatst worden zoals je hem op tafel zou neerzetten.

45
New cards

Wat zijn vereisten bij een vluchtluik?

In geval van nood kun je via een vluchtluik snel de boot verlaten. Vluchtluiken dienen een minimale afmeting van 50 x 50 cm te hebben. In elke afsluitbare ruimte van het schip hoort een vluchtluik te zitten.

46
New cards

Wat zijn de regels over alcoholgebruik op het water?

Je mag niet met een schip (laten) varen als je (als schipper) onder invloed bent van alcohol. Het alcoholgehalte van je bloed mag niet hoger zijn dan 0,5 promille. Dit geldt zowel voor de pleziervaart als voor de beroepsvaart;

47
New cards

Volgens de wet is het verboden te varen indien men teveel alcohol heeft genuttigd. Voor wie geldt dit verbod?

de schipper en degenen die het schip stuurt

48
New cards

Als je een buitenboordmotor in een motorbun plaatst, moet je er speciaal op letten dat:

de bun voldoende toevoer van buitenlucht heeft

49
New cards

Voor ieder gasverbruikstoestel dient een afsluiter te zitten. Als verbinding tussen deze afsluiter en het cardanisch opgehangen verbruikstoestel mag een rubber gasslang gebruikt worden. Om minimaal hoeveel tijd moet deze gasslang worden vernieuwd?

drie jaar

50
New cards

Bij een vetgesmeerde schroefas laat het binnengland te veel (meer dan druppelsgewijs) water door. Welke maatregelen moet je dan nemen?

de pakkingdrukker van het binnengland vaster zetten

51
New cards