Kaarten: Boekhouden — D1 tot en met D33 | Quizlet

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/192

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

193 Terms

1
New cards

Wat is boekhouden?

Het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van financiële feiten met als doel inzicht te geven in het financiële verloop van een onderneming.

2
New cards

Wat is een balans?

Een overzicht van bezittingen, schulden en het eigen vermogen op een bepaald moment.

3
New cards

Wat is een resultatenrekening?

Een overzicht van opbrengsten en kosten over een bepaalde periode, waarmee de winst of het verlies wordt berekend.

4
New cards

Wat is een grootboekrekening?

Een overzicht waarop alle mutaties van een bepaalde soort worden bijgehouden, bijvoorbeeld kas, bank, of voorraad.

5
New cards

Wat is het verschil tussen activa en passiva?

Activa zijn bezittingen, passiva zijn schulden en eigen vermogen

6
New cards

Wat is een journaalpost?

Een boeking waarin een financiële gebeurtenis wordt vastgelegd met een debet- en creditzijde.

7
New cards

Wat zijn de vier hoofd-dagboeken?

Kasboek, bankboek, inkoopboek, verkoopboek.

8
New cards

Wat betekent debet?

De linkerzijde van een rekening.

9
New cards

Wat betekent credit?

De rechterzijde van een rekening.

10
New cards

Waarom moeten debet en credit altijd gelijk zijn?

Omdat elke transactie invloed heeft op minimaal twee rekeningen en de boekhouding in balans moet blijven.

11
New cards

Wat zijn activa?

Alle bezittingen van een bedrijf.

12
New cards

Wat zijn passiva?

Alle schulden en het eigen vermogen van een bedrijf.

13
New cards

Wat is een mutatiebalans?

Een balans waarop alleen veranderingen (mutaties) in activa en passiva staan vermeld.

14
New cards

Wat is eigen vermogen?

Bezittingen - Schulden

15
New cards

Wat is een beginbalans?

De balans aan het begin van een boekjaar

16
New cards

Wat is het dubbel boekhoudsysteem?

Elke boeking wordt dubbel geregistreerd: één keer in debet en één keer in credit.

17
New cards

Wat is het verschil tussen kosten en uitgaven?

Uitgaven zijn daadwerkelijke geldstromen, kosten zijn waardeverminderingen ongeacht betaling.

18
New cards

Wat is het verschil tussen opbrengsten en ontvangsten?

Opbrengsten betreffen gerealiseerde verkopen, ontvangsten zijn daadwerkelijke geldontvangsten.

19
New cards

Wat is een memoriaal?

Een dagboek waarin bijzondere boekingen worden vastgelegd die niet in de andere dagboeken thuishoren.

20
New cards

Wat is btw?

Belasting over de toegevoegde waarde, een verbruiksbelasting geheven op de verkoop van goederen en diensten.

21
New cards

Wat is voorbelasting?

Btw die je zelf hebt betaald bij inkopen en die je kunt terugvorderen.

22
New cards

Wat is te betalen btw?

Btw die je hebt ontvangen van klanten en moet afdragen aan de belastingdienst.

23
New cards

Hoe wordt btw berekend?

Door het verschil te nemen tussen ontvangen btw en betaalde btw.

24
New cards

Wat zijn constante kosten?

Kosten die niet veranderen als de productie verandert, zoals huur.

25
New cards

Wat zijn variabele kosten?

Kosten die mee veranderen met de productieomvang, zoals grondstoffen.

26
New cards

Wat zijn directe kosten?

Kosten die rechtstreeks aan een product of dienst zijn toe te wijzen.

27
New cards

Wat zijn indirecte kosten?

Kosten die niet direct aan een product zijn toe te wijzen, zoals administratiekosten.

28
New cards

Wat zijn fabricagekosten?

Alle kosten die gemaakt worden in het productieproces van goederen.

29
New cards

Wat is het doel van boekhouden?

Het vastleggen van financiële feiten zodat men inzicht krijgt in de financiële situatie van een organisatie.

30
New cards

Wat is het verschil tussen interne en externe verslaggeving?

Intern = voor managers, extern = voor derden

31
New cards

Noem drie voorbeelden van activa.

Kas, inventaris, debiteuren.

32
New cards

Noem drie voorbeelden van passiva.

Eigen vermogen, leningen, crediteuren.

33
New cards

Wat is een tegenrekening in een journaalpost?

De rekening waarop tegenover de hoofdboeking wordt geboekt om de boeking in balans te houden.

34
New cards

Wat wordt bedoeld met boekstuknummer?

Een uniek nummer dat aan een financieel document wordt toegekend om het terug te kunnen vinden.

35
New cards

Wanneer gebruik je het kasboek?

Bij transacties waarbij contant geld wordt ontvangen of betaald.

36
New cards

Wat is het verschil tussen het inkoopboek en het verkoopboek?

Het inkoopboek registreert ontvangen facturen, het verkoopboek verzonden facturen.

37
New cards

Wat gebeurt er met de balans als je goederen inkoopt op rekening?

De voorraad (activa) stijgt en de crediteuren (passiva) stijgen.

38
New cards

Wat gebeurt er als je een klant contant betaalt?

Kas (activa) daalt en debiteuren (activa) dalen.

39
New cards

Wat is een proefbalans?

Controle of debet- en creditbedragen in balans zijn

40
New cards

Waarom wordt het dubbel boekhouden toegepast?

Om fouten te voorkomen en volledigheid van de administratie te waarborgen.

41
New cards

Wat is een balansmutatie?

Verandering in activa en/of passiva zonder invloed op resultaat

42
New cards

Wat is een resultaatmutatie?

Een boeking die het resultaat (winst of verlies) beïnvloedt, zoals een kost of een opbrengst.

43
New cards

Wat betekent btw verlegd?

Dat de btw-heffing verschuift naar de afnemer, vaak bij zakelijke diensten tussen EU-landen.

44
New cards

Wat is het verschil tussen btw-tarieven van 0%, 9% en 21%?

0% voor export, 9% voor o.a. voedsel en medicijnen, 21% is het algemene tarief.

45
New cards

Wanneer ontstaat er een btw-schuld?

Wanneer ontvangen btw hoger is dan betaalde voorbelasting.

46
New cards

Wat zijn vaste en variabele kosten?

Vaste kosten veranderen niet met productieomvang, variabele kosten wel.

47
New cards

Wat zijn overheadkosten?

Indien indirecte kosten die niet direct aan productie zijn toe te wijzen, zoals kantoorhuur.

48
New cards

Wat zijn afschrijvingskosten?

Kosten die de waardevermindering van duurzame productiemiddelen weergeven.

49
New cards

Wat is de formule voor het berekenen van de winst?

Winst = Opbrengsten - Kosten

50
New cards

Wat is IWV?

Inkoopwaarde van de verkopen

51
New cards

Hoe bereken je IWV?

Beginvoorraad + Inkopen - Eindvoorraad

52
New cards

Wat is de formule voor lineaire afschrijving?

Afschrijving = (Aanschafwaarde - Restwaarde) / Levensduur

53
New cards

Wat is brutowinst?

Omzet - Inkoopwaarde van de verkopen (IWV)

54
New cards

Wat is nettowinst?

Brutowinst - kosten

55
New cards

Hoe bereken je omzet?

Verkoopprijs × Aantal

56
New cards

Hoe bereken je btw over een bedrag exclusief btw?

Bedrag × (btw% / 100)

57
New cards

Hoe bereken je btw uit een bedrag inclusief btw?

Bedrag × (btw% / (100 + btw%))

58
New cards

Hoe bereken je het eindsaldo van kas of bank?

Beginsaldo + Ontvangsten - Uitgaven

59
New cards

Wat is het doel van een resultatenrekening?

Overzicht geven van opbrengsten en kosten

60
New cards

Wat geeft een balans weer?

Bezittingen, schulden en eigen vermogen op een bepaald moment

61
New cards

Hoe werk je grootboekrekeningen bij?

Door debet en credit te boeken volgens boekingsregels

62
New cards

Wat gebeurt er met vooruitontvangen bedragen?

Die worden geboekt als schuld

63
New cards

Wat gebeurt er met vooruitbetaalde bedragen?

Die worden geboekt als vordering

64
New cards

Wat is het doel van afschrijven?

De waardevermindering van een actief verwerken

65
New cards

Wat is een balanspost?

Een onderdeel van de balans, zoals kas, bank of voorraad

66
New cards

Wat is het rekeningschema?

Overzicht van alle gebruikte grootboekrekeningen

67
New cards

Wat is debiteren?

Een bedrag aan de linkerkant van een rekening boeken

68
New cards

Wat is crediteren?

Een bedrag aan de rechterkant van een rekening boeken

69
New cards

Wat betekent 'privé' in boekhouden?

Opnames of stortingen van de eigenaar

70
New cards

Hoe beïnvloedt winst het eigen vermogen?

Winst verhoogt het eigen vermogen

71
New cards

Hoe beïnvloedt verlies het eigen vermogen?

Verlies verlaagt het eigen vermogen

72
New cards

Wat is de formule voor boekwaarde?

Boekwaarde = Aanschafwaarde - (Afschrijving × jaren)

73
New cards

Wat is een passivapost?

Een schuld of het eigen vermogen

74
New cards

Wat is een activapost?

Een bezitting

75
New cards

Wat betekent het als activa stijgt?

Debet boeken

76
New cards

Wat betekent het als passiva stijgt?

Credit boeken

77
New cards

Wat is een memoriaalboeking?

Een boeking die niet via kas of bank verloopt

78
New cards

Wat is een kostenrekening?

Een rekening waarop kosten worden geboekt (debet)

79
New cards

Wat is een opbrengstenrekening?

Een rekening waarop opbrengsten worden geboekt (credit)

80
New cards

Wat is een dagboek?

Een overzicht van alle boekingen per dag

81
New cards

Wat is de functie van een tussenrekening?

Tijdelijk salderen van bedragen bij overboekingen

82
New cards

Wat is een balansdatum?

De datum waarop de balans wordt opgesteld

83
New cards

Wat is een eindbalans?

De balans aan het einde van een boekjaar

84
New cards

Wat is een kolommenbalans?

Een proefbalans uitgebreid met resultaten- en eindbalanskolommen

85
New cards

"Wat betekent transitorische post?"

Overlopende posten zoals vooruitbetaald of -ontvangen

86
New cards

Wat is een kostenplaats?

Afdeling waarop kosten worden geboekt

87
New cards

Wat is het matchingprincipe?

Kosten toewijzen aan de periode waarin opbrengsten ontstaan

88
New cards

Wat is permanentie in boekhouden?

Elke periode apart registreren, niet vooruitlopen

89
New cards

Wat is liquiditeit?

Mate waarin een bedrijf aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen

90
New cards

Wat is solvabiliteit?

Mate waarin een bedrijf op lange termijn schulden kan aflossen

91
New cards

Wat is rentabiliteit?

Verhouding tussen winst en geïnvesteerd vermogen

92
New cards

Wat is de functie van een boekingsregel?

Geeft aan hoe een transactie geboekt moet worden

93
New cards

Wat is het verschil tussen inkoop en verkoop?

Inkoop = aanschaf goederen, verkoop = levering aan klant

94
New cards

"Wat betekent contant betalen?"

Direct betalen met cash of pin

95
New cards

"Wat betekent op rekening kopen?"

Later betalen via factuur

96
New cards

Wat is het verschil tussen debet en credit?

Debet staat voor bezittingen en kosten, credit voor schulden, eigen vermogen en opbrengsten.

97
New cards

Wat is afschrijven?

Het jaarlijks verminderen van de boekwaarde van duurzame bezittingen.

98
New cards

Wat is een balans?

Een overzicht van bezittingen, schulden en het eigen vermogen op een bepaald moment.

99
New cards

Wat is een resultatenrekening?

Een overzicht van opbrengsten en kosten over een bepaalde periode, waarmee de winst of het verlies wordt berekend.

100
New cards

Wat is een grootboekrekening?

Een overzicht waarop alle mutaties van een bepaalde soort worden bijgehouden, bijvoorbeeld kas, bank, of voorraad.